Werkwoordspelling Spelling Algemeen Grammatica Leesvaardigheid Schrijfvaardigheid Spreekvaardigheid Argumenteren Formuleren Literatuur

Suggesties, opmerkingen of vragen?

Stuur een berichtje naar

dekrosse@hotmail.com

ONLINENEDERLANDS  De volledige online lesmethode voor op het digibord

Iedereen mag alles van deze website gebruiken voor educatieve doeleinden. Copyright op de website en de volledige inhoud ligt bij de maker ervan: M. de Krosse

Op de hoogte blijven van

aanpassingen en aanvullingen?

Volg Online Nederlands op Facebook

1. De cowboy (binden, tt) zijn paard vast aan een boom.

2. De smid (smeden, vt) nieuwe hoeven voor het paard.

3. De leeuw (paren, tt) in die periode wel 30 keer per dag met de leeuwin.

4. Het was de stoere leeuw die de leeuwin had (verleiden).

5. Maar de leeuwin (voeden, tt) haar jongen in haar eentje op.

6. Bovendien was zij het die al dagenlang haar feromonen over het hele gebied (verspreiden, vt).

7. Zij (willen, vt) liever kinderen dan een man.

8. We zijn nu bijna (toekomen) aan de laatste regel van deze oefening.

9. Werkwoordspelling heb je nu wel even genoeg (oefenen).

10. Het wordt tijd om je op iets anders te (richten).

Naar de antwoorden Naar de oefening Werkwoordspelling > alle werkwoorden > oefening 28